Hallo bezoeker


Zonder een geldige toegangscode

kan deze les niet gemaakt worden

Surf naar registreren ...



Tot een volgende keer!



8.5 Voorzetsels

Taalles 50


is voldoende

10 minuten

We gaan op zoek naar voorzetsels.
Daarvoor gebruiken we speciale opsporingsmethoden.
Let extra goed op en spoor alle voorzetsels op.
Heb je er één ontdekt?
Zet dat voorzetsel in het witte vakje achter de zin.
Klik pas op controle wanneer je helemaal klaar bent. Succes!

   >Uitleg nodig?
Voorzetsels staan meestal voor zelfstandige naamwoorden of voor namen.

Ik zit op een ezel.
Wij gaan naar Frankrijk.
Ik werk samen met Jorinde.
Ik zie je straks bij het feest.
Zij woont tegenover de bakker.
Mama is in de badkamer.
De kinderen gaan naar huis.
Het mes viel tussen de tafel en de stoel.
Wat een troep ligt er onder jouw bed.
Papa kom pas na tien uur thuis.
Was je handen voor het ontbijt.
Mijn kleine broertje kroop achter de bank.

Voorzetsels zeggen soms iets over plaats.

Tegenover ons huis staat een eikenboom.
Houd het fijn op het speelplein.
Boven de tafel hangt geen lamp.
Ben jij in een scheepvaartmuseum geweest?
Ga maar tussen Stef en Stijn zitten.
Bob wil altijd naast zijn vader zitten.

Voorzetsels zeggen soms iets over tijd.

We eten om zes uur.
Was je handen voor het eten.
Poets je tanden na elke maaltijd
Tijdens het eten wordt er niet meer gesmakt.
Ben jij misschien jarig op 12 februari?
Tot vanavond krijgen jullie geen snoep meer.

Voorzetsels horen soms bij een werkwoord.

Ik houd van spaghetti.
Dat glas behoort aan mij.
Kan ik jou verwennen met een slagroomsoes?
Wil jij een zakje chips geven aan Michiel?
Je hoeft niet bang te zijn voor vuurwerk.
Ik wacht nu al de hele dag op jou.