Taallessen Online

Woordbenoeming

- Het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord -

Het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

(bijv.volt.dw.)

Het voltooid deelwoord kan als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt.
Het voltooid deelwoord staat dan voor een zelfstandig naamwoord.
Het vertelt dus iets van een zelfstandig naamwoord (mensen, dieren, planten of dingen).

 

De standaardregel is dat het voltooid deelwoord wordt verlengd met een extra e

Voltooid deelwoord

Bijvoeglijk naamwoord

Zijn namen zijn genoemd.

Hij heeft hard gewerkt.

De pinda's zijn gebrand.

Hij heeft flink uitgerust.

De genoemde namen.

De gewerkte uren.

De gebrande pinda's.

De uitgeruste zieke.

Ook het tegenwoordig deelwoord kan als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt als je verlengt met een extra e

Tegenwoordig deelwoord

Bijvoeglijk naamwoord

Blazend verdedigde de kat zich.

Brandend stortte het toestel neer.

De blazende kat.

Het brandende toestel

Maar let op!

1.

Een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt, heeft altijd één t of één d.

Het schip strandde.

De fotograaf vergrootte de foto's.

Het gestrande schip.

De vergrote foto's.

2.

In een open lettergreep komen nooit twee klinkers.

De bollen worden gepoot.

Het deeg wordt gekneed.

De gepote bollen.

Het geknede deeg.

3.

Na een korte klinker verdubbelen we de volgende medeklinker.

Het terrein wordt omgespit.

De uitgave moet worden beknot.

Het omgespitte terrein.

De beknotte uitgave.

4.

Bij 'andere klank' (sterke) werkwoorden zijn voltooid deelwoord en bijvoeglijk naamwoord hetzelfde.

De prijs is geboden.

De pijnlijke plek wordt gewreven.

De geboden prijs.

De gewreven plek.

 

Nu oefenen:

Groep 6:

Groep 7:

Groep 8:

Les 1

Les 2

Les 3

Les 4

Les 5

Les 6